Het was afzien deze zomer. Geen EK voetbal, een uitgestelde Tour, geen Olympische Spelen… zelfs geen Wimbledon. De zomer duurde nog nooit zo lang. Inmiddels kruipt de sportwereld langzaam uit de winter- ehm zomerslaap, maar dat alles snel weer wordt zoals het was, dat is ijdele hoop.
Verschillende sportdisciplines improviseerden en improviseren erop los om iets van de oude sportbeleving te benaderen. Voetbalwedstrijden werden uitgezonden met publieksgeluid van oude wedstrijden (werkte wonderbaarlijk goed), wielrenners gingen virtueel de strijd met elkaar aan (werkte niet zo wonderbaarlijk minder goed) en tennissers gaan volledig afgezonderd van de rest van de wereld volgende week van start met de US Open (afwachten hoe dat uitpakt).
Welke lessen kunnen we leren van al deze initiatieven tot nu toe?
De sofa in plaats van stadionstoel
Volle stadions zitten er voorlopig niet in, dus sporten doen er goed aan om de sportliefhebber op de bank centraal te stellen. Nu gebeurde dat in het verleden natuurlijk ook al, maar zonder live publiek op locatie zijn er wel wat veranderingen nodig. Het toevoegen van audio met stadiongeluiden aan een voetbalwedstrijd is een voorbeeld dat werkt. Maar hoe ga je dit doen bij bijvoorbeeld een atletiekwedstrijd? Of, als de sportzomer echt voorbij is, bij een schaatswedstrijd? Zijn juichgeluiden dan nog steeds voldoende om de leegte te maskeren? Of moet er ook een virtueel beeld van publiek aan uitzendingen worden toegevoegd? In Japan gaan ze al een stap verder en is er een app ontwikkeld waarmee fans vanaf de bank op afstand kunnen juichen voor hun voetbalclub in het stadion. Zit je thuis toch nog een beetje op een stadionstoeltje.
Wees niet naïef
Novak Djokovic organiseerde in juni een rondreizend toernooi op de Balkan. Hoewel vooraf werd aangegeven dat organisatie en publiek zich aan de lokale coronaregels zouden houden, zaten de tribunes stampvol, werden er volop handen geschud en gingen spelers na de wedstrijd op de foto met fans. De rest van de (sport)wereld reageerde vol ongeloof. Helemaal toen vier spelers, waaronder Djokovic zelf, positief testten op corona. Wedstrijdorganisatoren zijn mede hierdoor extreem voorzichtig geworden, ook met het oog op de enorme reputatieschade die ontstaat als het verkeerd gaat. Het is in die zin interessant om te zien hoe de komende Tour de France zich zal ontwikkelen. De organisatie heeft een streng coronaprotocol: bij twee positieve gevallen binnen een ploeg wordt de hele ploeg naar huis gestuurd, ongeacht of het renners, verzorgers of chauffeurs zijn die positief worden bevonden. In principe kan dit dus betekenen dat de drager van de gele trui reglementair uit de Tour wordt gezet als er binnen zijn ploeg coronagevallen opduiken.
De verhalen worden nog belangrijker
Sport draait natuurlijk voor een groot deel om de verhalen. Dat zal, bij gebrek aan de ‘echte’ sportbeleving, alleen maar sterker worden. Niet voor niets vulde de NOS de lege sportzomer met de favoriete sportfragmenten van prominente Nederlanders. Maar behalve om naar het verleden ervan te kijken, leent sport zich ook bij uitstek om nieuwe verhalen te creëren. Het verhaal van de terugkeer van Donyell Malen bij PSV, de frustratie van de voor de Tour gepasseerde Froome, of de onvoorwaardelijke vriendschap tussen Messi en Suárez… ik kan niet wachten.